Skip to main content

Voor het Archikidz-thema “Bouw je woonboom” gaan we in gesprek met Mark Spijkerman architect van het bureau Paul de Ruiter Architects. De nieuwsgierige kinderen hebben alvast een aantal korte en verrassende vragen voorbereid, die we graag gebruiken als een voorproefje.

Al van jongs af aan was Mark Spijkerman gefascineerd door bouwen. Wat begon met stapels blokken en schetsen, groeide uit tot een carrière waarin hij huizen ontwerpt die de natuur omarmen. “Ik keek als kind al naar grote gebouwen en dacht: dat wil ik later ook kunnen maken,” vertelt hij. Op de vraag wat zijn favoriete ontwerp is, hoeft Mark niet lang na te denken: “Mijn eigen woning in Haarlem. Ik heb het speciaal ontworpen voor mijn gezin, en ook nog eens grotendeels zelf gebouwd. Dat maakt het extra bijzonder.”

Wat betekent een woonboom voor hem? “Hoe tof is het om boven de boomtoppen te wonen! Midden in de natuur, tussen het groen, en met een prachtig uitzicht. Dat gevoel van vrijheid en openheid vind ik heel inspirerend. In mijn werk ontwerp ik vaak woningen die je blij maken én waar je gezond in kunt leven. Dat is precies wat een woonboom voor mij symboliseert.” Wat hij kinderen wil meegeven? “Gebruik je fantasie. Alles wat je kunt bedenken om fijn te wonen in een boom is goed. Denk groot, denk gek en maak het één met de natuur.”

Mark ontwierp ooit een een boomhut, “ja een vakantiewoning in Limburg, niet heel hoog, maar wel helemaal op boomstammen en zoveel mogelijk gebouwd met biobased materialen. Als het riviertje ernaast overstroomde, kwam het water tot aan de poten van de boomstammen, maar bleef het huis droog supertof!” Zijn ideale boomhut? “Boven in de kruin van hoge bomen, met uitzicht over zee. Je komt er via een kabelbaan, en natuurlijk heeft het meerdere verdiepingen om te ontdekken.”

Duurzaamheid speelt daarbij een belangrijke rol, maar wat maakt voor Mark een woonboom of boomhut duurzaam. “Gebruik lichte, herbruikbare materialen uit de natuur. En maak het zelfvoorzienend, zodat je eigen energie en water kunt opwekken.” En voor de dieren in de bomen, hoe kun je een boomhut maken die goed is voor dieren, planten én mensen? “Door er plekjes voor dieren in te maken, zoals nestkastjes voor vogels en vleermuizen. En door de gevel te laten begroeien met planten waar insecten en bijen blij van worden. Dan is de boomhut niet alleen fijn voor mensen, maar ook voor dieren en natuur.”

Zelfs een boomhut kan volgens Mark ‘intelligent’ zijn, hij heeft het zelf ook vaak over intelligenten gevels. “De slimste gevels maken gebruik van principes uit de natuur. Dat heet biomimicry: kijken hoe planten en dieren dingen oplossen, en dat toepassen in je ontwerp.”

En wie slim bouwt, gebruikt ook de krachten van de natuur. “Zet je boomhut op een plek waar de zon hem kan opwarmen, vang regenwater op verschillende niveaus op, en gebruik de wind hoog in de boom om energie op te wekken. Zo werk je mét de natuur in plaats van ertegenin.”

Mark legt uit dat je van de natuur kunt leren. “Bomen zijn geniale bouwmeesters. Hun stam en takken vormen een sterke constructie. En in de natuur werkt alles samen: bijen, bloemen, vogels. Als je dat begrijpt, ontwerp je vanzelf slimmer.” Zo noemt Mark een mooi voorbeeld “Bloemen geven nectar aan bijen, en die zorgen dat er nieuwe bloemen groeien. Vogels maken nesten in bomen en helpen tegelijk insecten opruimen. Zelfs afgevallen bladeren worden weer voedsel voor de grond. Zo leer je dat planten, dieren en bomen één groot slim systeem vormen.

Voor Mark is een goed ontwerp er één dat meegroeit met de tijd. Een gebouw is pas toekomstbestendig als het gezond is, past in zijn omgeving en flexibel genoeg is om te veranderen. Hij ziet de toekomst van wonen midden in de natuur. “Ik denk dat we onze gebouwen steeds meer moeten laten samenwerken met de natuur. Niet naast de natuur, maar erin en mét. Zie bijvoorbeeld onze Villa A: die zit half verscholen in een heuvel wat energie bespaart en tegelijkertijd minder impact maakt op het natuur eromheen. Het heeft een groen dak voor de opvang en infiltratie van regenwater en voor dieren en insecten.” Hoe kunnen we gebouwen ontwerpen die groeien of veranderen zoals bomen dat doen? Volgens Mark doen we dit al “Door flexibel te bouwen met losmaakbare materialen. Dan kun je ze later hergebruiken of op een andere manier inzetten. Ook plattegronden kunnen flexibel , zodat een ruimte later een andere functie kan krijgen.” En biobased bouw

en wat kunnen onze jonge ontwerpers hiervan leren? “De mooiste materialen komen gewoon uit de natuur: hout, vlas, hennep, leem. Ze groeien terug, zijn gezond en maken gebouwen slim én duurzaam.”

In paviljoen De Mug komen veel van Mark zijn principes samen: “Duurzaam, transparant en mensgericht. Het gebouw verbindt mensen, onderwijs en natuur door middel van open vormen, natuurlijke materialen en licht. Daarnaast staat het paviljoen symbool voor circulaire en duurzame architectuur: het is

energiezuinig, opgebouwd uit herbruikbare materialen en laat zien dat duurzaamheid en schoonheid elkaar versterken.” Mark heeft in De Mug ook rekening gehouden met de natuur en biobased materialen “De Mug is gemaakt van een grote houten constructie – hout is een natuurlijk materiaal dat weer terug kan groeien. Het groendak helpt dieren, zoals insecten en vogels, en zorgt tegelijkertijd dat het binnen lekker koel blijft in de zomer en warm in de winter. Door de vele ramen komt er heel veel daglicht naar binnen, zodat je bijna geen lampen hoeft aan te doen!”

Het Langeveld Building, een schoolgebouw, hoe kunnen scholen eruit zien als ze worden gebouwd als ‘woonbomen’?. “Een school moet vooral een fijne plek zijn. Je brengt er bijna net zoveel tijd door als thuis, dus het is belangrijk dat je je er op je gemak voelt. Een groene school met veel daglicht, frisse lucht en ruimte om te spelen en samen te werken maakt leren leuker. Het is zelfs bewezen dat kinderen zich beter kunnen concentreren en minder vaak ziek zijn in een gezonde omgeving. Als een school een ‘woonboom’ zou zijn, zou je dus lokalen hebben die aanvoelen als boomhutten, gangen die kronkelen als takken en misschien zelfs loopbruggen tussen de klaslokalen, net als van boom naar boom.”

Welke materialen die in deze gebouwen zijn toegepast zijn ook geschikt voor een boomhut? “Veel hout en gerecyclede materialen. In het Langeveld Building zijn zelfs oude bouwmaterialen van andere gebouwen hergebruikt. Dat laat zien dat je niet altijd iets nieuws hoeft te kopen een boomhut kun je ook bouwen met materialen die al een ander leven hebben gehad.” En ja, zelfs kinderen kunnen daarvan leren. “Duurzaam bouwen is leuk en creatief!” Je kunt met hergebruikte materialen iets maken dat leeft, ademt en bijdraagt aan de natuur. “De Mug laat zien hoe hout en een groen dak een gebouw gezond en mooi maken. En het Langeveld Building heeft een bijzonder ventilatiesysteem dat werkt zonder machines, alleen met zon en wind. Het idee daarvoor komt uit de natuur: termietenheuvels. Termieten bouwen heuvels met gangen en kamers zodat de lucht er vanzelf doorheen stroomt en het binnen altijd koel blijft.” Maar zie je dan ook overeenkomsten tussen het ontwerpen van een boomhut en het ontwerpen van een duurzaam schoolgebouw “Ja! Het moet een speelse plek zijn waar je graag bent, een omgeving die je nieuwsgierig maakt en uitnodigt om te ontdekken.”

Tot slot, Marks gouden tip voor jonge bouwers:

“Schrijf eerst op wat je beslist in je boomhut wilt hebben: een glijbaan? Een touwladder? Een uitkijkplek? Kijk daarna goed naar je omgeving en gebruik je creativiteit om er je eigen unieke plek van te maken waar jij blij van wordt.”

Wij willen Mark Spijkerman graag bedanken voor dit inspirerende interview, hierdoor hebben wij nog meer zin om onze eigen woonboom te ontwerpen! Jullie ook? Tot zaterdag!

Leave a Reply